Asexual reproduction s. l. is widespread in plants and also a basic reproductive mechanism in bryophytes. Today, three types of asexual reproduction are recognized: (1) the asexual reproduction s. str., door regeneratie van ± gespecialiseerde caduceuze organen (bladeren, blad toppen, scheuten, takken, bollen) en door productie van gespecialiseerde propagules (gemmae, protonemale broedcellen, knollen), (2) fragmentatie van planten, resp. deel van planten in ± ongespecialiseerde fragmenten, en (3) klonen reproductie (klonen). Dit laatste komt voor in bryofyten door protonema verval, door desintegratie van modules, resp., vorming van ramets (dividuals, “dochter planten”) die leidt tot zelfkloning of gedwongen-klonen van delen van de gametofyt (scheuten, stoloniferous en rhizomatous Assen, rhizoïde wieken, basiscopische innovatie planten). De reproductie van klonen (klonen), die vroeger nauwelijks werd opgemerkt, kreeg in het laatste decennium grote belangstelling, voornamelijk voor vaatplanten met klonale groei. Dit voortplantingsmechanisme wordt beschouwd als een sleutelfactor voor aseksuele voortplanting, kolonisatie van de habitat en behoud van de habitat., Soorten die zich clonaal voortplanten, kunnen door de zogenaamde “consequente vegetatieve vermenigvuldiging”op een effectieve manier habitats koloniseren en onderhouden. Het overzicht geeft een overzicht van de huidige stand van kennis van aseksuele reproductietypes in bryofyten, met een focus op fragmentatie en klonen reproductie (klonen), de mechanismen van habitat kolonisatie en habitat onderhoud, die allemaal van belang zijn in de dynamische processen van ontwikkeling van bryofyten populaties.